Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Jagello

betekenis & definitie

(Pools: Jagiello), grootvorst van LITOUWEN (1377-1434) en koning van POLEN (13861434), *1348, †1434 Grodek; kleinzoon van grootvorst Gediminas van Litouwen, stichter van de dynastie. Jagello volgde samen met zijn oom Kleistut zijn vader, grootvorst Olgerd, op.

In 1382 zette hij zijn oom af en werd alleenheerser van Litouwen. Jagello streefde naar een huwelijk met ⟶Jadwiga, dochter van de koning van Hongarije en Polen, die haar vader in 1382 in Polen opvolgde. Jagello kreeg daartoe slechts steun van de Poolse rijksgroten, indien hij tot het rooms-katholicisme overging. In 1386 werd hij te Krakow gedoopt en huwde hij Jadwiga. Bij de doop kreeg hij de naam Wladislaw. Met dit huwelijk werd de grondslag gelegd voor de Pools-Litouwse Unie.

Uit de dynastie der Jagellonen kwamen koningen van Polen, Hongarije en Bohemen voort. In 1410 behaalden de verenigde Pools-Litouws-Russische legers onder leiding van Jagello bij Tannenberg een grote overwinning op de ⟶Duitse Orde.

< >