Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

Ingres

betekenis & definitie

Jean Auguste Dominique, Frans schilder en tekenaar, *29.8.1780 Montauban, ♱14.1.1867 Parijs. Ingres was een leerling van Rocques (Toulouse), en vanaf 1796 van David.

Van 1806 -24 verbleef Ingres in Italië, waar hij de invloed onderging van Italiaanse schilders als Rafaël. In Rome maakte hij naam als portrettist. Van Caroline Murat kreeg hij de opdracht een pendant te schilderen van De slapende van Napels, wat resulteerde in zijn meest bekende schilderij, De grote odalisk (1814). Terug in Frankrijk (1824) werd hij lid van de Académie en schilderde hij grote doeken (o.a. Apotheose van Homeros, 1827; Martelaarschap van Sint-Symforianus, 1834). Van 1834—41 was Ingres directeur van de Villa Medici in Rome; in deze tijd maakte hij vooral kopieën naar Rafaël.

Ingres werk is een combinatie van classicisme en romantisme. Hij streefde naar een peinture sculpturale, waarbij een strakke contourlijn hoofdzaak en de kleur bijzaak is. Zijn kleuren zijn meestal koel (helblauw, geel, groen en rozerood). Ook in zijn meest romantische onderwerpen, meestal geïnspireerd op de Oriënt (b.v. odalisken, vrouwen in Turkse baden) of op koningen en heiligen (De eed van Lodewijk XIII, 1824), blijven voor Ingres de lijn en het statische in de compositie hoofdzaak. Zijn tekentechniek komt vooral tot uiting in zijn naaktstudies, zoals de Bron (Louvre), en in de voorstudies van grote schilderijen. Ingres wordt wel beschouwd als een voorloper van de →prerafaëlieten.

Hij had veel leerlingen,o.a. Hippolyte Flandrin, Mottez en Amaury Duval. LiTT. H.Lapauze, Les dessins de J.D.Ingres du Musée de Montauban (8 dln. 1901); J.Cassou, Ingres (1947); Alain, Ingres, ou le dessin contre la couleur (1949); J.Alazard, Ingres et l’ingrisme ; G.Wildenstein, Ingres (oeuvre-cat., 1954);N.Schlenoff, Ingres (1956); F.Angrand, Monsieur Ingres (1967); R.Rosenblum, Ingres (1967); Cat. tent. Ingres, Parijs (1967).

< >