Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

ijsafzetting

betekenis & definitie

v., het zich vormen van ijs op een oppervlak van een voorwerp.

(e) Ijsafzetting kan in de luchtvaart tijdens de vlucht tot gevaarlijke situaties aanleiding geven. Men onderscheidt verschillende vormen.

Glad ijs. Dit ontstaat als een vliegtuig bij 0—(—4) °C door een wolk dan wel door ondergekoelde regen vliegt, die (in beide gevallen) uit grote waterdruppels bestaat. De ijsafzetting begint bij de voorkant van vleugels, romp en staartvlakken en dijt daarna steeds meer naar achteren uit. Daarbij neemt de dikte van de ijslaag van voren naar achteren af, waardoor een vleugel nagenoeg zijn aërodynamische vorm behoudt (afb.la). Glad ijs is moeilijk te verwijderen.

Ruw ijs. Dit ontstaat als een vliegtuig, meestal bij (—4)—(—9) °C, door een wolk of ondergekoelde regen vliegt, die ijskristallen of sneeuw bevat. De ijslaag wordt dan korrelig en hoopt zich veelal aan de voorzijde van vleugel, romp en staartvlakken op (afb.lb), waardoor de draagkracht van de vleugel aanzienlijk vermindert en de weerstand van het vliegtuig toeneemt.

IJzel. Deze ontstaat als een vliegtuig, meestal bij →—10 °C, door een wolk vliegt die uit fijne druppeltjes bestaat. De ijzel zet zich aan de voorzijde van vleugels en romp vast, maar dijt in het algemeen niet naar achteren uit. De ijslaag uit ijskorrels, fijne ijskristallen en luchtblaasjes maakt de oppervlakken ruw, en vergroot de vliegtuigweerstand. Zij is echter gemakkelijk te verwijderen.

Rijp. Deze ontstaat door het bevriezen van dauw. De laag van kleine witte ijskristallen is voor het vertrek gemakkelijk te verwijderen.

Ter voorkoming en bestrijding van de ijsafzettingsvormen 1, 2 en 3 gebruikt men

1. mechanische middelen: de Goodrich de-icer, waarbij de vleugelneus van een rubberlaag is voorzien met daarin een aantal kanalen, die om beurten worden opgeblazen

en de ijslaag breken;

2. thermische middelen: verwarming van de vleugelneus door een gedeelte van de motoruitlaatgassen naar de vleugel te leiden en/of elektrische verwarming van vleugelneus, luchtschroefbladen en voorruit van de stuurhut;
3. chemische middelen:
a. vloeistoffen, zoals alcohol, die het vriespunt van water belangrijk kunnen verlagen (antivries) en vooral ter bestrijding van bevriezing van stuurhutruiten en luchtschroeven worden toegepast;
b. het in Engeland ontwikkelde middel porosint ter bestrijding van ijsafzetting op vleugels en staartvlakken;
c. pastas, die op vliegtuigen zonder andere bestrijdingsmiddelen de adhesie van ijs met het oppervlak, waarop het zich wil vastzetten, verminderen.

Ijsafzetting in de →carburatoren van motoren kan leiden tot het afslaan van de motoren; zij kan zelfs bij temperaturen ver boven 0 °C en bij heldere lucht optreden. Een carburator werkt nl. als een koelmachine: de aangezogen lucht expandeert, waardoor de temperatuur daalt. Verder onttrekt het verdampen van de benzine warmte aan de lucht. Beide invloeden kunnen zelfs een temperatuurdaling van 30 °C veroorzaken. Indien de aangezogen lucht een hoge vochtigheidsgraad heeft, kan ijsafzetting in de carburator optreden, waardoor steeds minder lucht wordt aangezogen en het motorvermogen steeds meer afneemt. Vliegtuigmotoren zijn voorzien van een carburatorverwarming. Bij automotoren, die in het algemeen geen carburatorverwarming hebben, zal door even te stoppen, het ijs in de carburator door de warmte van de motor snel verdwijnen.

Li TT. Dr.W.Eichenberger, Flugwetterkunde (4e dr. 1969).

< >