Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

hexameter

betekenis & definitie

[➝Gr. hexametros, uit zes voeten bestaande], m. (-s), zesvoetig vers, waarvan iedere voet bestaat uit een dactylus, maar de zesde een trocheus of spondeus is.

(e) De eerste vier versvoeten van de hexameter mogen vervangen worden door spondeeën, de vijfde voet is, m.n. in het Latijn, slechts bij uitzondering een spondeus. Schema:

De hexameter is de klassieke versvoet van de Griekse en Latijnse oudheid: de Ilias en de Odyssee van Homeros zijn beide in hexameters geschreven, evenals Vergelius Aeneïs. In Rome werd hij ingevoerd door Ennius. In de Latijnse poëzie uit de middeleeuwen kreeg hij soms een bijzondere vorm, omdat het eind van het vers rijmen moest met de vrouwelijke hoofdcesuur (de zgn. Leonijnse hexameter). De moderne talen lenen zich uitermate slecht voor het gebruik ervan. In de westerse litteratuur werd en wordt hij dan ook zelden toegepast en dan meestal nog met de nodige vrijheden, b.v. in Bothie of Toper-na-Fuosich (1848) van Arthur Hugh Clough.

Wordt een hexameter met een ➝pentameter verbonden, dan vormen zij samen een ➝distichon. In het Ned. hebben Vosmaer en Boutens hexameters gebruikt voor hun Homerosvertalingen. ➝metriek.

< >