Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

heugel

betekenis & definitie

m. (-s), haal (in de schoorsteen), de platte ijzeren greep met tanden of gaten, waaraan het hangijzer of een ketel enz. naar believen hoger of lager boven het vuur gehangen kan worden; stang (in grondvorm meestal van rechthoekige doorsnede) voorzien van tanding die beweeglijk of vast is opgesteld al naar het rondsel (klein tandwiel) dat in de tanding grijpt vast is of over de tandheugel rolt.

< >