Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

herseninhoud

betekenis & definitie

m. (-en), het volume van de hersenen.

(e) De herseninhoud wordt bepaald door het meten van de inhoud van de schedel. Bij het vergelijken van →hominiden is deze maat van groot belang. De herseninhoud bedraagt bij de recente mens tussen de 1200—1500 cm3; bij de uitgestorven →Neanderthalers zijn wel hogere waarden gevonden. Verder terug in de tijd wordt de herseninhoud van prehistorische hominiden echter steeds kleiner. Bij de beoordeling of een bepaalde schedel toebehoord heeft aan een vertegenwoordiger van het geslacht →Homo, wordt 700-750 cm3 als grenswaarde aangenomen. De allervroegste hominiden, de →Australopithecinae, hadden een herseninhoud van gemiddeld 500 cm3, d.w.z. niet meer dan recente mensapen.

Later levende Australopithecus habilis-vormen, soms als Homo habilis beschouwd, hadden echter al een anderhalf maal zo grote herseninhoud. Deze toename wordt verklaard door de grote selectiedruk.

< >