Ned. klassiek filoloog, *14.2.185l’Blankenham, ♱29.1.1924 Leiden. Hartman was van 1891-192l’hoogleraar te Leiden.
Als leerling van Cobet was hij aanvankelijk meer geboeid door het Grieks. Vele van zijn werken hadden dan ook betrekking op Griekse auteurs, m.n. Ploutarchos. Zijn eerste werken handelden niettemin over de Latijnse poëzie. Ook voor een ruimer, algemeen belangstellend publiek schreef hij een aantal veelgelezen boeken. Hartman schreef uitstekend Latijn, ook poëzie, die deels uit oorspronkelijke verzen, deels uit vertalingen bestond.
Werken: De Horatio poeta (1891), De Terentio et Donato commentatio (1895), Analecta Tacitea (1905), De Ovidio poeta (1905), De avondzon des heidendoms (1910), Beatus Ille. Een boek voor iedereen over Horatius (1913), De Plutarcho scriptore et philosopho (1916), Honderd jaar geestelijk leven in den Romeinsen Keizertijd (1918).