[Eng., →de ontwerper (1834) J.A.Hansom, Eng. architect], m. (-s, hansom cabs), licht, grotendeels gesloten tweewielig rijtuig voor twee personen met achterop hooggeplaatste koetsiersbank.
(e) De hansom verscheen in 1836 in de straten. Het zeer wendbare rijtuigje was tot in de 20e eeuw (de komst van de taxi) in Londen het huurrijtuig bij uitstek. De passagiers stapten in via een platform en een dubbel portier in de voorwand. Via een luikje in het dak van het rijtuig konden zij met de koetsier spreken.