o. (-en), een over de gehele wereld verbreid volksvermaak dat bestaat uit het tegen elkaar uit laten komen van hanen.
(e) Het hanengevecht is vooral geliefd in ZuidoostAzië. Bij de speciaal voor het gevecht gefokte en getrainde hanen wordt een zeer scherp, enigszins sikkelvormig mesje aan een spoor bevestigd. Aldus gewapend bevechten twee hanen elkaar tot een van de twee zich terugtrekt, vaak dodelijk gewond. Een gevecht duurt meestal maar één of twee minuten. De spanning wordt sterk opgevoerd door de grote bedragen van de weddenschappen die voor elk gevecht afgesloten worden.
Het hanebijten was in de 18e eeuw ook in het noorden van Nederland een volksvermaak. In 1935 werd het nog gefotografeerd in Dantumadeel (Friesland). In Nederland is het verboden bij de Wet op de Dierenbescherming, evenals in België, waar echter nog regelmatig clandestiene hanengevechten (soms met zeer hoge inzet) gehouden worden, m.n. in Vlaanderen (vooral ook in Frans-Vlaanderen).
