v., tekening in de haarvacht. haartje, o. (-s), 1. kleine haar; haar als iets kleins; (zegsw.) zijn hoed op één — (of op zeven haartjes) dragen, los, zwierig, scheef op het hoofd dragen, (ook) een weinig loszinnig zijn; 2. (oneig.) beeld van een zeer kleine maat of mate: het scheelde maar een —; (plat) ben je een — bedonderd?, ben je nu niet goed wijs?; 3. (boekdrukkerij) ben. voor ongewenste verticale streepjes op de af druk tussen de letters onderling.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk