m. (-en), een theodoliet waarin door een gyroscoop het nulpunt van de horizontale rand constant naar het noorden blijft gericht.
(e) Met een gyrotheodoliet leest men direct de hoek af ten opzichte van het noorden, bij een gewone theodoliet moet voor dezelfde hoek in twee richtingen worden afgelezen. Door de geringe nauwkeurigheid wordt hij beperkt toegepast.