Frans overzees dep. in de Caribische Zee, dat een eilandengroep omvat, die behoort tot de Bovenwindse Eilanden, 1780 km2, 348000 inw. Hoofdstad: Basse-Terre.
Deze eilandengroep bestaat uit: Guadeloupe (1510 km2), twee eilanden (Basse-Terre en Grande-Terre) gescheiden door een zeestraat, de Rivière Salée, verbonden door een brug, Marie Galante (149 km2), La Désirade (27 km2), Les Saintes (drie eilandjes), Saint-Barthélémy (25 km2) en het noordelijk deel van Saint-Martin (met het Ned. Sint-Maarten 120 km2).
Verder omvat Guadeloupe nog vele zeer kleine eilanden en riffen.
FYSISCHE GESTELDHEID. Het eiland Basse-Terre wordt gevormd door een vulkanische bergketen met als hoogste punt de vulkaan La Soufrière (1467 m). De Rivière des Pères is de grootste rivier. Basse-Terre heeft zwavelbronnen. De meeste andere eilanden hebben een kalkachtige bodem, waarin karstverschijnselen kunnen voorkomen. Guadeloupe heeft een tropisch zeeklimaat, dat onder invloed staat van de noordoostpassaat. De gemiddelde jan.-temperatuur is 24 °C, de gemiddelde juni-temperatuur is 28 °C, de gemiddelde neerslag is 175 cm per jaar met een maximum van 10 m (bij La Soufrière). De begroeiing bestaat uit een dicht tropisch oerwoud tot een semi-aride vegetatie. BEVOLKING. De bevolking bestaat m.n. uit afstammelingen van vroegere slaven uit Afrika en uit mulatten. Er is een kleine groep blanken. Frans is de officiële taal, verder wordt door iedereen ook Creools gesproken. De bevolking is overwegend rooms-katholiek.
ECONOMIE. Landbouw en veeteelt vormen de voornaamste bestaansbron. Landbouwprodukten zijn: suikerriet, bananen, koffie, ananas, vanille, maniok en yam. Veeteelt wordt op Grande-Terre aangetroffen.
Suikerraffinaderijen en de bereiding van rum en melasse zijn de voornaamste industrieën; verder zijn er conservenfabrieken.
Point-a-Pitre (82530 inw.) op Grande-Terre is het handelscentrum, de grootste stad en de belangrijkste haven. De voornaamste uitvoerprodukten zijn: bananen, suiker, rum en koffie. Frankrijk is de voornaamste handelspartner. Bijna alle levensbehoeften worden ingevoerd.
Raizet is de voornaamste luchthaven (bij Pointe-àPitre). De meeste eilanden hebben eigen vliegvelden. Het toerisme wordt steeds belangrijker. BESTUUR. De prefect is de vertegenwoordiger van het Franse gouvernement, hij is de voorzitter van de gekozen Conseil-Général (36 leden). Het departement is vertegenwoordigd in het Franse parlement door twee senatoren en drie afgevaardigden.
LITT. G.Hunte, The West Indian islands (1972). GESCHIEDENIS. Het eiland Guadeloupe werd in 1493 door Columbus ontdekt, maar door de Spanjaarden niet gekoloniseerd. Het werd in 1635 door de Fransen veroverd, die er in 1654, met hulp van Ned. (voornamelijk joodse) vluchtelingen uit het vm. Ned.-Brazilië, suikerplantages aanlegden. Deze monocultuur bepaalde de geschiedenis en de sociale en etnische verhoudingen tot op heden, zoals de aanvoer, na de afschaffing van de slavernij (1846), van ca. 50000 arbeiders uit het toenmalige Brits-Indië. Het eiland is sedert 1815 definitief in Franse handen. In 1946 verkreeg de kolonie de status van Overzees Departement. . LITT. A.Martineau en L.-P.May, Trois siècles d’hist. antillaise, Martinique et Guadeloupe de 1635 à nos jours (1935); H.Bangou, La Guadeloupe 1493—1848 (1962), 1848—1939 (1963); A.V.Jorondo, La Guadeloupe et ses îles (1965).