Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-06-2020

grilIig, bn. en bw. (-er, -st)

betekenis & definitie

1. aan luimen en nukken toegevend of daarvan blijk gevend, ongestadig: ik kon het niet weigeren zonder te schijnen; de grillige fortuin, de wisselvallige, veranderlijke fortuin; onvoorzien, willekeurig: een grillige speling van de natuur;

2. onregelmatig, zonderling van vorm, fantastisch: grillige lijnen, figuren; bw., op grillige wijze: — verlopen.

< >