o. (mv.), dierenfamilie, gekenmerkt door een huidpantser.
(e) De gordeldieren, Dasypodidae, behoren tot de orde ➝Xenarthra. Zij zijn dun behaard. Op de bovenzijde (ook kop en staart) en zijkanten van het lichaam vertoont de huid hoornplaten, waarin huidverbeningen voorkomen. De kwetsbare, niet-gepantserde buik wordt beschermd doordat het dier zich bij gevaar oprolt, zodat een roofvijand alleen het harde, scharnierende pantser geboden wordt. Gordeldieren zijn gravende grondbewoners; het voedsel bestaat vooral uit insekten, verder ook uit wormen, vruchten en wortels. Het reuzengordeldier, Priodontes giganteus, wordt tot 1 m lang; de staart tot 50 cm.
Het bewoont de bossen van ZuidAmerika. Met zijn enorme klauwen scheurt dit dier mierenen termietennesten open. Er zijn ruim 20 soorten. Slechts één soort is doorgedrongen tot in Noord-Amerika, het negengordelig gordeldier.Dusypus novemcinctus (van Argentinië tot in de zuidelijke VS). Het aantal gordels (maximaal negen) is een belangrijk soortkenmerk. De veel kleinere en in andere opzichten ook afwijkende ➝gordelmuizen behoren eveneens tot de familie gordeldieren.