v./m. (-len), een bepaald soort van cellen dat het steunweefsel van het centraal zenuwstelsel vormt.
(e) Gliacellen hebben geen prikkelgeleidingsfunctie, zoals de zenuwcellen, die zij steunen, voeden en beschermen. Er zijn verscheidene typen gliacellen, die verschillende functies vervullen, zoals:
1. het bekleden van hersenholten en ruggemergskanaal (ependym);
2. het vormen van vezels (gliavezels) die een steunfunctie hebben (astrocyten);
3. het verzorgen van de voeding van de zenuwcellen (oligodendrocyten);
4. de microglia, behorende tot het zgn. reticulaire systeem en vooral van belang voor de ➝fagocytose.
