[➝gelatine], m./o. (-s, -len), geleiachtige stof gevormd door uitvlokking van een colloïdale oplossing, gelatine.
(e) Het tegenovergestelde van de geltoestand is de soltoestand, waarbij de colloïdale stoffen quasi-opgelost zijn. Bij de overgang van een sol in een gel (geleren) vormen de molecuul-aggregaten, die gestabiliseerd door hun watermantel in de oplossing zweefden, een groot sponzig netwerk, waarin water is ingesloten in ruimten en kanalen van moleculaire afmetingen. Terwijl sommige gels gemakkelijk weer in de soltoestand terug te brengen zijn, is dit voor andere niet het geval. Gels spelen een belangrijke rol in biologische systemen (stevigheid).