bn.,
1. kousen dragend of aan hebbend, of wel zoals in de bep. is uitgedrukt: en geschoeid zijn;
2. (van een wapenschild) verdeeld door twee schuine lijnen die van de bovenhoeken uitgaan en elkaar boven de punt van het schild ontmoeten (Fr. chaussé); gekapt-gekoust, gekapt en gekoust, zodat de keperlijnen elkaar halverwege, bij het midden van de schildzijden ontmoeten (Fr. chapé-chaussé).