o. (-s), aanduiding met een getal voor de fijnheid van garen.
(e) Traditioneel had men te maken met zeer veel verschillende garennummersystemen. Sinds 1960 is hierin verandering gebracht door de invoering van het ➝texsysteem, een genormaliseerd systeem, dat het andere vervangt. In de praktijk van de spinnerij blijft men echter nog vaak om diverse redenen werken met de vanouds vertrouwde nummersystemen. Enige nog regelmatig voorkomende zullen nader worden toegelicht.
Een garennummer bestaat uit een symbool (letter) gevolgd door een getal. Men onderscheidt:
1. de lengtenummering waarbij wordt aangegeven hoeveel lengte-eenheden een gegeven gewichtshoeveelheid van een garen bevat;
2. de gewichtsnummering waarbij aangegeven wordt hoeveel gewichtseenheden een gegeven lengte van een garen weegt. De meest frequent nog voorkomende lengtenummering, toegepast voor garens gesponnen uit vrijwel alle grondstoffen, is de metrische nummering. Deze, symbool Nm, geeft aan hoeveel meter van een garen 1 g garen bevat. In de katoenspinnerij wordt nog veel gewerkt met het Engelse katoengarennummer. Deze, symbool Ne1 geeft aan hoeveel strengen (hanks) van 840 yards (768 m) in 1 lb (453,6 g) gaan. Voor linnen en jute garens wordt meermalen gebruik gemaakt van het Schotse gewichtsnummeringsysteem, symbool Ts. Het nummer geeft het gewicht in pound die 14400 yards wegen. De internationale gewichtsnummering voor zijde en filament garen, symbool Ta, geeft aan hoeveel gram 9000 m van een garen weegt. ➝denier, ➝titer.