Sandor, Hongaars psychoanaliticus, *1873, †1933 Boedapest. Ferenczi studeerde medicijnen te Wenen, waar hij in 1908 S.
Freud ontmoette, bij wie hij in psychoanalyse kwam. Door zijn toedoen kwam men tot de oprichting van een Internationale Vereniging voor Psychoanalyse. Ferenczi heeft veel bijgedragen tot de theorievorming van de psychoanalyse; zijn boek Von Krankheitsoder Pathoneurosen (1917) geldt als een belangrijke grondslag van de psychosomatiek. Hij introduceerde de termen ‘pathoneurose’ en ‘pathopsychose’ voor wat men later een psychosomatische conditionering zou noemen, een toestand waarin zowel organische als neurotische symptomen een rol spelen. Ferenczi geldt tevens als de vader van de korte psychotherapie op psychoanalytische basis; de methode die M. Balint als groepstherapie uitwerkte, steunt eveneens op theoretische beschouwingen van hem.