Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 29-06-2020

epigram

betekenis & definitie

[➝Gr., opschrift], o. (-men), 1. puntdicht (e);

2. (mv.) stukjes gestoofd lamsvlees of wild, ontdaan van vet, na afkoeling gepaneerd en in frituurvet gebakken.

(e) Bij de oude Grieken was een epigram een opschrift op een gedenkteken. Omdat het doorgaans in de vorm van een distichon was gesteld, werd het weldra een zelfstandig genre. Epigrammen konden van erotische, religieuze of algemeen satirische aard zijn. Een bekend Romeins epigrammaticus was Martialis, befaamd om zijn satirische scherpte. Een nieuwe bloeitijd kreeg het genre tijdens de renaissance, vooral in Frankrijk (Marot), maar ook in Engeland (Owen) en Holland (Hooft, Huygens). Het epigram bleef, vooral in Duitsland, tot in de 19e eeuw in de mode, o.a. bij Lessing, Klopstock, Goethe, Schiller, Mörike en Hebbel.

In de moderne Ned. letterkunde wordt het puntdicht door o.a. J. Greshoff en C. Buddingh’ gehanteerd.

< >