v.,
1. overeenstemming van gevoelens, eensgezindheid; m.n. in de verbinding de drie formulieren van enigheid, de drie belijdenisgeschriften die in de 16e-17e eeuw achtereenvolgens van de gereformeerde kerken in Nederland zijn uitgegaan, te weten de Belijdenis, de Catechismus en de Leerregels van de Dordtse Synode;
2. het enigzijn, uniekzijn.