beschrijving van een economische gedragsstructuur. Evenals in b.v. de natuurkunde wordt in de economie gebruik gemaakt van de idealisatie en het gedachtenexperiment, waarin men bepaalde gedragsrelaties geïsoleerd laat optreden door te abstraheren van het gedrag van andere variabelen.
Een voorbeeld is het macro-economische model van de gesloten tweesectoreneconomie, waarin is geabstraheerd van het economisch verkeer met het buitenland en het optreden van de overheid zodat alleen de inkomens- en bestedingsstromen van gezinnen en bedrijven worden beschreven. Een theoretisch model kan worden geformaliseerd door een wiskundige beschrijving ervan met een stelsel van vergelijkingen. Men onderscheidt comparatief-statische modellen, die de eigenschappen van evenwichtssituaties beschrijven en dynamische modellen, waarin de variabelen zijn gedateerd of de tijd zelfs als variabele optreedt. De variabelen in een model worden onderscheiden in exogene en endogene variabelen. De richting van de veranderingen (stijging, daling) van de endogenen wordt uit veranderingen van de exogenen verklaard. Een econometrisch model bestaat uit een nadere uitwerking en specificatie van gedragsrelaties die in theoretische modellen worden beschreven.
Het bevat door statistische analyse geschatte numerieke parameters zodat voorwaardelijke kwantitatieve voorspellingen kunnen worden gedaan. In de toegepaste economie gebruikt men ook geformaliseerde beslismodellen, waarin de vergelijkingen een ordening van mogelijkheden weergeven waaruit door de invoering van randvoorwaarden een optimale keuze wordt gedaan.