[Gr. pneo, ademhalen], v., benauwdheid, bemoeilijkte ademhaling.
Dyspnoe kan veroorzaakt worden door:
1. een belemmering (vernauwing) in de luchtwegen (b.v. difterie);
2. verlies aan functionerend ademhalingsoppervlak in de longen (bij allerlei longziekten);
3. onvoldoende bloeddoorstroming en stuwing in de longcapillairen (veroorzaakt door hartzwakte);
4. bloedziekten, waardoor het hemoglobinegehalte onvoldoende is om de benodigde zuurstof naar de organen te brengen (b.v. bij bloedarmoede). Ook vetzucht kan door een verhoogde stand van het middenrif tot dyspnoe leiden.