o. (mv.), een superfamilie van hoefdieren.
De dwergmuskusdieren, Traguloidea, foutief soms dwergherten genoemd, behoren tot de herkauwers, w.o. de kleinste hoefdieren (30 cm hoog). Hoorns en geweien ontbreken, daarentegen bezitten de mannetjes verlengde hoektanden. In anatomisch opzicht (schedel) doen zij aan kamelen en varkens denken. De maag is eenvoudiger van bouw dan bij de overige herkauwers. Dwergmuskusdieren bewonen het tropisch regenwoud van Afrika en Zuidoost-Azië. Het watermuskusdier (Hyemoschus aquaticus) van Westen Centraal-Afrika is bruin met witte vlekken.
Deze soort leidt een zeer verborgen leven en vlucht meestal het water in. Naast plantaardig voedsel worden ook vlees, vis en insekten in de maaginhoud aangetroffen. In Zuidoost-Azië komen drie soorten voor, die tot op Sumatra, Borneo en Java verspreid zijn, waarvan de kantjil of het dwerghert (Tragulus javanicus) de (het) bekendste is. Alle drie soorten zijn bruin met een witte keel, terwijl de soort van het vasteland ook gevlekt is. Dwergmuskusdieren zijn morfologisch in veel opzichten zeer afwijkende hoefdieren; het weinige dat van de leefwijze bekend is, bevestigt dit.
In de mythologie van Indonesië speelt de kantjil de rol van Reinaard de Vos.