Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Dril (apesoort)

betekenis & definitie

m. (-len), apesoort.

(e) De dril, Mandrillus leucophaeus, is, evenals de mandril, Mandrillus sphinx, een bosbewonende verwant van de ⇾bavianen (⇾smalneusapen). Deze grote apen (dril 70 cm, mandril 80 cm, staart meestal ca. 10 cm lang) worden aangetroffen in het regenwoud van West-Afrika ten westen van de rivier de Zaïre; de dril komt ook op Fernando Po voor. Beide soorten zijn voornamelijk bekend vanwege de bonte kleuren van de naakte huidgedeelten (snuit, geslachtsorganen, billen); de mandril is bonter dan de dril, en mannetjes zijn bonter dan wijfjes. Deze soorten zijn grondbewoners, evenals de bavianen; zij zijn omnivoor en sociaal; de mannetjes hebben zeer lange hoektanden (‘dreiggapen’).

< >