m. (-en), (ook: zoölogische tuin), wetenschappelijk-pedagogische instelling die levende dieren herbergt.
Dierentuinen kwamen in zwang in de tijd dat vreemde landen werden ontdekt en de fauna en flora van die landen naar Europa werden overgebracht. Vorsten en rijke lieden stelden er een vermaak in een curiositeitenverzameling en botanische tuinen aan te leggen waaraan dan gewoonlijk een volière of dierenpark verbonden werd. Vele van deze parken, waarvan de keizerlijke tuin van Schönbrunn (Wenen) een typisch voorbeeld was, groeiden in later tijd uit tot dierentuinen, waarin men trachtte de dieren zo goed mogelijk onder te brengen. Behalve voor vermaak van de bezoekers dienden de dierentuinen ook voor wetenschappelijke doeleinden, daar men aan de tuinen een wetenschappelijk gevormde staf verbond, dan wel ze ten nutte maakte aan de opleiding van de studenten (culturele dierentuin). Het op de voorgrond treden of bewust op de voorgrond stellen van het culturele element van de dierentuinen, gevoegd bij het veranderen van de smaak van het publiek en het dalen van de prijzen van de levende have, waarvoor niet altijd afzetgelegenheid aanwezig was, bracht ondernemende lieden tot het oprichten van dierenparken, waaraan inrichtingen van vermaak verbonden waren. Verschillende van deze parken hadden groot succes en verheugden zich in een enorme toeloop van het publiek.
Deze parken hebben boven de oudere, binnen de stad gelegen dierentuinen voor, dat zij vaak op fraai bosterrein zijn gelegen. Enkele van de oudere dierentuinen zijn in de laatste tijd ook aanzienlijk gemoderniseerd, waarbij er, naar het voorbeeld van de dierenhandelaar Hagenbeck, naar gestreefd wordt de dieren meer bewegingsvrijheid en hun verblijf een meer natuurlijk uiterlijk te geven. De oudste moderne dierentuin, nog steeds internationaal vermaard, is de Zoological Garden te Londen.
In Nederland zijn twee culturele dierentuinen, nl. Artis (Amsterdam) en Blijdorp (Rotterdam); daarnaast het dierenpark ‘Wassenaar’, Burgers Dierenpark (Arnhem) en het Noorder Dierenpark (Emmen). Op bosrijke terreinen zijn verder een aantal commerciële dierentuinen, nl. te Amersfoort, Rhenen, Tilburg, Eindhoven, Valkenburg, Alphen a/d Rijn (Avifauna). Tenslotte een ‘safaripark’ bij Arnhem.
In België is de Zoo te Antwerpen een culturele dierentuin (dependance ‘Planckendael’ bij Mechelen). Verder zijn er dierenparken te Adinkerke, Lokeren, Overmere, Spa, Virelles, Zillebeke en in het Woud van Sint-Hubert.
LITT. W.Blunt, The ark in the park, the zoo in the 19th cent. (1976).