v./m. (-n), afbraakprodukt van zetmeel, ontstaat bij de hydrolyse van zetmeel door zuren, of door enzymen.
Dextrinen zijn colloïdale stoffen; de grootte der deeltjes is kleiner dan bij het oorspronkelijke zetmeel, maar varieert sterk. De onder de naam dextrinen geïsoleerde produkten bestaan waarschijnlijk niet uit zuivere chemische verbindingen, maar uit mengsels, oplosbaar in water, maar onoplosbaar in alcohol en ether. Dextrinen worden verkregen uit aardappel-, cassave-, maïszetmeel door roosten ofwel verhitten met zoutof zwavelzuur. Zij worden veelvuldig toegepast o.a. bij de fabricage van lucifers en explosieven en als kleefstoffen.