[Lat. de, vanaf, via, weg], v. (-s),
1. afwijking van een richting;
2. afwijking van de normale toestand;
3. (geneeskunde) afwijkende stand van het hoofd of de ogen, optredend als gevolg van eenzijdige aandoening in de hersenen;
4. afwijking van de vastgelegde vaarroute van een schip;
5. afwijking van de stand der magneetnaalden op een kompas;
6. afwijking van een lichtstraal door breking;
7. (wiskunde) de afwijking, die een kromme lijn vertoont van de raaklijn in een van haar punten.
HANDELSRECHT
Willekeurige deviatie doet bij verzekering van schip, vrachtpenningen en goederen de verplichtingen van de verzekeraar vervallen, indien verzekerde toestemming tot deviatie gaf of als hij de eigenaar van het schip is (art. 641 Ned. WvK, Boek II, titel VI, art. 205 Belg. WvK). Koerswijzigingen die gering zijn of bijstand van in nood verkerend schip beogen worden niet willekeurig geacht (artt. 358a, 370 Ned. WvK en 474 Ned. WStr).
NATUURKUNDE
In de optica verstaat men onder deviatie de hoek, die een lichtstraal na breking maakt met de lichtstraal voor de breking. Meer in het bijzonder gebruikt men de deviatie bij breking van een lichtstraal door een prisma. In de afb. is EF de invallende straal en GH de gebroken straal. De hoek KDH is de deviatie. De grootte van de deviatie hangt af van: de brekende hoek B van het prisma, de brekingsindex n van het prisma en van de hoek van inval van de lichtstraal op het prisma. Men kan aantonen, dat voor een bepaalde hoek van inval de deviatie minimaal is, terwijl dan de stralengang door het prisma symmetrisch is.
Voor minimumdeviatie geldt: sin ½ (ABC + KDH) = n.sin ½ ABC. SCHEEPVAART. De door de invloed van het scheepsmagnetisme veroorzaakte afwijking van de stand van de magneetnaalden (deviatie) van het magnetisch kompas, tracht men door compenseren zo gering mogelijk te maken. De nog resterende kompasfouten worden vermeld op de deviatietabel of stuurtafel, die steeds bij het kompas voorhanden moet zijn ter correctie van op dat kompas te sturen koersen.