[Gr. kustis, blaas], v./m. (-n), een cyste waarvan de wand dezelfde bouw heeft als de huid.
In de holte van een dermoïdcyste hopen zich haren en talg op. Dit soort cysten komt vooral onderhuids aan gelaat en hals voor. Dermoïdcystes van de eierstok zijn gewoonlijk goedaardige gezwellen (in ongeveer 10 % van de gevallen dubbelzijdig), die zeer groot kunnen worden: een middellijn van 15 cm is niet ongewoon. Vaak komen, behalve de huid en de huidaanhangsels als haren, zweeten talgklieren, ook andere weefsels voor in dermoïdcysten van het ovarium. Deze behoren tot de teratomen.