m. (-nes), in de oudheid te Rome een hoofdman van een decuria (afdeling van tien man in het leger).
In de keizertijd waren de decuriones lid van de gemeenteraad (ordo decurionum) in de steden van het Romeinse Rijk. Zij waren belast met het bestuur van de gemeente (stad) en persoonlijk aansprakelijk voor het voldoen aan de centraal geheven belastingen. Hun ambt werd later erfelijk.