groep ten zuiden van de Hindoe Koesj en aan de noordgrens van India gesproken idiomen, omvattende de Kafir-talen (Kafiristān), Pasjai, Khōwār, de Sjïna-talen en het Kasjmiri, dat alleen een litteratuur heeft. De Darden zijn zeer waarschijnlijk een oorspronkelijk Arische, maar geen Iraanse of Indo-Arische stammengroep, die zich in de Indusvallei vestigde.
De Dardische talen bevatten merkwaardigheden, die behalve in het Vedisch in Indische talen zelden of niet voorkomen.
Litt. G.Morgenstierne, Report on alinguisticmission to Afghanistan (1926); G.Morgenstierne, Indo-Iranian, frontier languages (1973); Indo Dardica (1973).