Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Dakruiter

betekenis & definitie

m. (-s),

1. kleine punttoren, ook wel een luchtkoker of ander klein bouwsel, schrijlings op de nok van een dak;
2. droogstellage voor landbouwprodukten (e).

Een dakruiter bestaat uit twee driepoten waartussen in dakvorm 9-13 dwarsliggers van 2-3 m lengte zijn aangebracht, en waarop het geoogste produkt in een dunne laag te drogen wordt gelegd.

< >