heer van Chièvres, *1458, ♱28. 5.1521 Worms; kleinzoon van Anton van Croy; oom van Filips II van Croy. Croy kreeg reeds onder de Bourgondische hertog Filips de Schone grote invloed op het bestuur.
In 1497 werd hij grootbaljuw van Henegouwen, welk ambt zijn voorouders sinds 1434 bekleed hadden, maar dat hun door hertog Karel de Stoute ontnomen was. In 1501 werd hij lid van de Geheime Raad en in 1506 regent over de Ned. gewesten voor Filips de Schone, toen deze naar Spanje vertrok. Zijn invloed verminderde niet toen de regent van Karel V, Maximiliaan van Habsburg, in 1507 Margareta van Savoye tot landvoogdes benoemde: in 1509 kreeg hij de leiding bij de opvoeding van Karel V. Croy genoot de steun van de Ned. adel en de Staten-Generaal tegenover Maximiliaan en Margareta en bewerkte in 1515 de meerderjarigheidsverklaring van Karel V. Hij had grote invloed op de buitenlandse politiek, die door hem ‘nationaal’-Bourgondisch, Frans georiënteerd was. Na de verwerving van Spanje door Karel V in 1516 werd Croy’s politiek echter internationaler.
Hij vergezelde Karel V in 1516 naar Spanje en werd daar vooral impopulair door zijn nepotisme; zo liet hij zijn gelijknamige neef tot aartsbisschop van Toledo en primaat van Spanje verheffen. Croy verzoende zich in 1518 met Margareta om Karels kandidatuur voor het keizerschap bij de keurvorsten te behartigen. Hij achtte de kerkelijke belangen ondergeschikt aan de staatkundige en heeft ook in dit opzicht invloed op de Bourgondische politiek uitgeoefend.
Litt. G.Dansaert, Guillaume de Croy (1946).
