Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Cort van der linden

betekenis & definitie

Pieter Wilhelm Adriaan, Ned. politicus, *14.5.1846 ’s-Gravenhage, ♱15.7.1935 ’sGravenhage. Cort van der Linden studeerde te Leiden, was van 1870-79 advocaat te ’s-Gravenhage, werd in 1881 hoogleraar economie te Groningen en in 1891 te Amsterdam.

Van 1897—1901 was hij minister van Justitie in het ministerie Pierson-Goeman Borgesius en van 1913-18 premier en minister van Binnenlandse Zaken. Onder dit kabinet kwam de grondwetsherziening van 1917 tot stand, die algemeen kiesrecht en financiële gelijkstelling van openbaar en bijzonder onderwijs mogelijk maakte.

Werken: Beschouwingen over het strand (diss. 1869), Volk en staat (1882), De zilvercrisis (1883), Muntpolitiek (1884), De oorzaken der malaise (1885), Richting en beleid der liberale partij (1886), Leerboek der financiën (1887), Vrijheid en hervorming (1893—95, art. in De Gids).

Litt. C.L.de Vries, De visie van een groot staatsman (1952).

< >