Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-08-2021

Controle

betekenis & definitie

[Fr.], v./m. (-s),

1. het controleren; toezicht op beheer, beleid of gedrag, op de juiste werking van een toestel, op het al of niet aanwezig zijn van iets of iemand; onder staan, gecontroleerd worden; onder controle hebben, in bedwang hebben, meester zijn van;
2. de plaats waar gecontroleerd wordt: zijn kaartje aan de controle af geven.

Onder controle verstaat men, in navolging van het Engelse woordgebruik, vaak niet alleen het constateren van eventuele afwijkingen, maar ook de daaropvolgende correctieve ingrepen, zodat de betekenis wordt: beheersing, regeling van een proces. In het bedrijfsleven speelt de controle niet alleen bij het technische produktieproces een grote rol, maar ook in het verkeer tussen mensen. Wie leiding geeft, belast anderen met werkzaamheden waarvoor hij zelf verantwoordelijk blijft en zal zich dus van de correcte uitvoering van zijn opdrachten moeten overtuigen. Het is een kwestie van doelmatigheid of dit geschiedt door rechtstreekse waarneming (directe controle) of door de toetsing van de resultaten (indirecte controle), hetzij in hun geheel (volledige controle) of voor een deel (steekproef-controle). In de hogere regionen van de bedrijfsleiding berust de controle doorgaans geheel op administratieve technieken (b.v. bedrijfsbegroting). De administratie is echter niet onfeilbaar en dient daarom evenzeer object van controle te zijn.

Onder interne controle verstaat men niet alleen het actieve onderzoek naar de juistheid en volledigheid der administratie, maar ook de organisatorische voorzieningen ter waarborging van deze eigenschappen. In grote bedrijven wordt een overkoepelende controle uitgeoefend door een interne accountant. Daar deze functionaris afhankelijk van de directie is, blijft daarnaast meestal behoefte bestaan aan externe controle door een openbare accountant. De accountants-controle behoeft niet volledig, maar dient wel volkomen (het gehele bedrijfsgebeuren omspannend) te zijn. Zij beperkt zich niet tot formele controle (rekenkundige juistheid; inachtneming van de voorschriften), maar omvat ook een materiële controle (overeenstemming tussen registratie en werkelijkheid; bedrijfseconomische aanvaardbaarheid van de bedrijfshandelingen).

Litt. J.Veringa, De controlefunctie van de administratie (1960).

< >