[Fr.], bn. en bw. (confuser, confuust),
1. verward, ongeordend: een confuse toestand;
2. (van personen) in de war, verlegen, verward, beduusd, van streek: hij werd er confuus van.
Gepubliceerd op 27-08-2021
betekenis & definitie
[Fr.], bn. en bw. (confuser, confuust),
1. verward, ongeordend: een confuse toestand;
2. (van personen) in de war, verlegen, verward, beduusd, van streek: hij werd er confuus van.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: