Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-07-2019

Confessor

betekenis & definitie

[Lat.], m. (-en), belijder.

Confessor was in oudchristelijke tijd een erenaam voor de christenen die tijdens de vervolgingen hun geloof standvastig beleden hadden. Naderhand was het de aanduiding voor de christenen die in gevangenschap hadden gezeten en door alles wat zij te verduren hadden gehad, omgekomen waren (3e eeuw). Nog in dezelfde eeuw ontwikkelde zich de betekenis tot die van belijders-niet-martelaren en werd confessor de titel van alle mannelijke heiligen die geen martelaren waren.

< >