Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 27-07-2019

Comecon

betekenis & definitie

afk. van Council for Mutual Economie Assistance (Raad voor Wederzijdse Economische Hulp), internationale economische organisatie. De Comecon werd in 1949 opgericht; zij bestond toen uit de USSR en haar ‘satellietstaten’ (Albanië, Bulgarije, Hongarije, Polen, Roemenië, Tsjechoslowakije).

Sinds de oprichting traden de volgende staten toe: de DDR (1950), de Mongoolse Volksrepubliek (1962) en Cuba (1972). Joegoslavië associeerde zich in 1964 met de Comecon, gevolgd door Finland (1973) en Irak (1973). Albanië verliet de Comecon in 1961.Een belangrijk motief voor de oprichting vormde de boycot tegen Joegoslavië. Het doel van de Comecon was de economische ontwikkeling van de lidstaten te bevorderen en te coördineren, via gecentraliseerde overeenkomsten op het gebied van handel, krediet en techniek. Sinds 1955 kreeg de Comecon een nieuwe doelstelling, de ‘internationale socialistische arbeidsverdeling’, vastgelegd in het statuut van 195

9. Hierbij verplichtten de lidstaten zich elkaar bij te staan bij de opbouw van resp. het socialisme en communisme. De ‘arbeidsverdeling’ betekende dat de lidstaten gestimuleerd werden zich industrieel te specialiseren, zodat de landen niet elkaars concurrenten zouden worden, maar elkaar zouden aanvullen. Het verschil in ontwikkelingstempo tussen de staten, die al vroeger geïndustrialiseerd waren (Tsjechoslowakije, DDR), en de nog voornamelijk agrarische staten (Roemenië, Bulgarije) veroorzaakte problemen in de onderlinge verhoudingen.

Roemenië en in mindere mate Bulgarije vreesden, dat de arbeidsverdeling binnen de Comecon de industriële voorsprong van de DDR en Tsjechoslowakije zou bevoordelen. Roemenië verzette zich tevens tegen de supranationale ordening die Moskou de Comecon-landen wilde opleggen. Dat Roemenië hierbij succes had was o.a. te danken aan het statuut van de Comecon, dat elke staat vetorecht gaf, en aan de Roemeense grondstoffenproduktie (petroleum).

De Comecon leidde niet tot een gemeenschappelijke markt. Dit was vooral het gevolg van bepaalde protectionistische tendenzen en de diversiteit in het economische beleid binnen de landen. Het betalingsverkeer werd in 1964 door middel van clearing gemultilateraliseerd. In de jaren zeventig nam de betekenis van de Comecon toe. In 1971 werd te Boekarest een programma aangenomen, dat was gericht op toekomstige integratie, maar formeel tevens de soevereiniteit van de lidstaten respecteerde. De arbeidsverdeling werd uitgebreid, maar meer op onderdelen van produkten dan op hele branches ge-richt.

De planning werd meer gecoördineerd, vooral in de bedrijfstakken die voor de export naar het westen werkten. Hoewel de Comecon niet als gemeenschappelijke markt functioneert, is zij een belangrijk instrument van economische politiek.

LITT. M.Kaser, Comecon (1965); R.Ribi, Das Comecon (1970); H.W.Schaefer, Comecon and the politics of integration (1972); F.Pindak, Comecons program of socialist economic integration (1974).

< >