Tsjechisch schrijver, * 21.2.1846 Ostredele, ♰ 23.2.1908 Praag. Čech was redacteur van diverse tijdschriften en een fervent panslavist, aanvankelijk onder invloed van de romantiek, later meer realistisch. De stof van zijn gedichten ontleende hij bij voorkeur aan de geschiedenis.
Werken: epiek: De Adamieten (1874), Slavia (1882); lyriek: In de schaduw van een linde (1879), Morgenliederen (1887), Liederen van een slaaf (1895); proza: Vertellingen, arabesken en humoresken (4 dln. 1878—80), De ware excursie van de heer Kever op de maan (1888; met vervolg in 1889), Wenceslaus Zivza (1890).LITT. K.Polák, S.Čechovi (1949).