Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Ca'via

betekenis & definitie

v./m. (-’s), (ook: Guinees biggetje), een knaagdier. De cavia (Cavia porcellus) behoort tot de familie cavia-achtigen.

Ten onrechte wordt deze diersoort marmotje genoemd.De cavia was reeds als huisdier bij de Inka’s in Zuid-Amerika bekend; dit volk at het vlees en gebruikte ze als offerdieren. Als huisdier en later ook als laboratoriumproefdier is het in Europa en elders zeer verbreid en heeft het aanzien gegeven aan een aantal kleurslagen en haartypen, o.a. een angoraras. Een staart ontbreekt.

De voortplanting is snel; na een draagtijd van ongeveer tien weken komen de drie à vier jongen goed ontwikkeld ter wereld en nemen al na 48 uren vast voedsel tot zich. Na drie weken worden zij aan hun lot overgelaten, waarna het wijfje weer bevrucht kan worden. Cavia’s worden niet ouder dan 6—8 jaar.

LITT. D.Altman, Das Meerschweinchen (1973). De cavia als huisdier. Cavia’s kan men huisvesten in commerciële caviakooien, of in een kistvormig, houten, glazen of metalen verblijf met wanden van 40 cm hoog. Minimale bodemmaten: 25 x 50 cm voor 1—2 dieren; 50 x 50 cm voor 4 dieren; 75 X 100 cm voor fokgroepen van 1 beertje en 3 of 4 zeugjes. Als bodembedekking kan zaagsel met hooi of turfmolm dienen.

De hokken moet men wekelijks reinigen. Tocht en vocht dienen vermeden te worden. De voorkeurstemperatuur ligt bij 15-23 °C.

Voeding: caviakorrels en wat hooi; in de zomer jong gras, paardebloem, klaver, herderstasje en alle koolsoorten; in de winter vooral koolraap en andijvie als aanvulling. Diverse graansoorten zijn alle geschikt als voedsel, vooral echter haver; brood en beschuit kunnen eveneens gevoerd worden. Vitamine C wordt niet door de cavia zelf gemaakt. Een volwassen dier moet per dag minimaal 10 mg vitamine C toegediend krijgen. Drinkwater dient te allen tijde beschikbaar te zijn; bij voorkeur in een omgekeerd op te hangen fles met kurk, waardoorheen een metalen drinknippel is aangebracht. Ziekten van cavia’s berusten veelal op long- of darmontstekingen.

Door wilde knaagdieren, eventueel via door hen besmet voer, kunnen paratyfus en/of pseudotuberculose binnengebracht worden. Diverse typen caviae worden gefokt en op tentoonstellingen getoond.

LITT. R.R.P.van der Mark, Cavia als liefhebberij (z.j.).

< >