Belg. politicus, *10.1.1880 Onze-Lieve-Vrouw-Lombeek (thans Roosdaal), ✝14.5.1961 Antwerpen; broer van August van Cauwelaert. Van Cauwelaert was reeds als student te Leuven een leidende figuur in de katholieke Vlaamse studentenbeweging.
Hij studeerde vervolgens te Leipzig en München en was van 1907—10 hoogleraar psychologie te Freiburg (Zwitserland).In 1913 werd hij doctor in de rechten te Leuven. Van 1910 tot zijn dood was hij volksvertegenwoordiger voor Antwerpen. Van meet af aan onderscheidde Van Cauwelaert zich als voorvechter van de Vlaamse zelfstandigheid en pleitte hij met C.Huysmans en Franck voor de totale vernederlandsing van de Gentse universiteit.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog in Nederland stichtte Van Cauwelaert, na de breuk met de activistisch gezinde Vlaamse Stem, samen met Julius Hoste in 1915 het weekblad Vrij België en hij redigeerde na 1918 De Standaard. Van 1921—32 was hij burgemeester van Antwerpen, van 27 afgevaardigde bij de Volkenbond en in 1931 minister van Staat. In het parlement was Van Cauwelaert tussen beide wereldoorlogen leider van de Vlaamsgezinde katholieke fractie en droeg hij aanzienlijk bij tot de verwezenlijking van het Vlaamse minimumprogramma.
Van 1934—35 beheerde hij verschillende ministeriële portefeuilles, van 1939—54 was hij voorzitter van de Kamer van Volksvertegenwoordigers. Werken: Verhandelingen en voordrachten (2 dln. 1908-14).
LITT. R.Roemans en H.v.Assche, F.v.Cauwelaert; L.Tindemans, F.v.Cauwelaert en de Europese gedachte (1967); R.de Schrijver, Uit het archief van F.v.Cauwelaert (1971).