Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Cassette

betekenis & definitie

[Fr.], v./m. (-n, -s),

1. kistje, koffertje, geldkistje; doos voor tafelgerei;
2. verdiept liggend vlak van een plafond of gewelf;
3. vuurvaste doos, waarin aardewerk en porselein gebrand worden;
4. houder voor fotografische platen of films ;
5. genormaliseerd kunststofdoosje met magnetische band voor zowel opnemen als afspelen van geluidsopnamen of voor videorecorders.

FOTOGRAFIE

De cassette is een doosje van zodanige constructie, dat daarin lichtgevoelig materiaal kan worden geborgen, en bij daglicht in de camera kan worden geplaatst om te worden belicht. Men onderscheidt een cilindervorm voor kleinbeeldfilm (kleinbeeldpatroon) en zeer platte schuif dozen waarin een plaat of een vlakke film past.

RADIO

De afmetingen van een geluidscassette zijn 100 mm x 65 mm x 21 mm. De magnetische geluidsband (breedte 4 mm) kan aan beide zijden worden gebruikt en wordt door het mechanisme van de cassetterecorder voortbewogen met een snelheid van 4,75 cm/s. De speelduur is 2 x 60 min. Een cassette wordt geleverd zonder of met een opgenomen programma.

Naar met muziek voorbespeelde cassettes is, naast de grammofoonplaat, steeds grotere vraag in de muziekhandel.

< >