Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 04-07-2019

Cartouche

betekenis & definitie

[Fr. Ital. cartoccio, opgerold papier], v./m. (-s),

1. (egyptologie) ovale omlijsting waarin een koningsnaam geschreven werd;
2. (ornamentiek) een meestal ovaal en soms gebogen blad of schild, door krullen, uitsnijdingen e.d. omlijst;
3. vlak op een schilderij of kaart met een bijfiguur;
4.patroonhuls, kardoes; schietpatroon;
5. rolletje geldstukken van dezelfde soort;
6. (heraldiek) een modieuze, rococo of barokke randversiering van een wapenschild, zonder feitelijke betekenis.

Egyptologie

Cartouche is de benaming van een figuur waarin de vierde en de vijfde naam van de officiële koningstitulatuur werden geschreven. Deze figuur stelt een dubbel touw voor, geknoopt in een ronde lus met twee recht getrokken uiteinden. Vanwege de lengte van de naam werd de cirkel uitgerekt tot een ovaal. De Egyptenaren lazen deze figuur als sjenoe. Dit woord hangt samen met een werkwoord sjeni: omcirkelen. Het naamteken duidde op de farao als degene die heerst over alles wat de zon omcirkelt. Vanaf een later tijdstip noemde men de cartouche ook menesi.

Ornamentiek. De cartouche was oorspronkelijk in de ornamentiek bedoeld voor opschriften, wapenschilden of inscripties. Later werd de cartouche vaak uitsluitend als ornament in eindeloze variaties toegepast, zowel in de architectuur, de meubelkunst, de heraldiek als in de beeldende kunsten (b.v. op titelpagina’s). De cartouche kwam het eerst in Italië voor (ca.1500) en werd eeuwenlang in verschillende stijlvariaties gebruikt. De cartouche speelt een belangrijke rol in de renaissance- en barokornamentering. Hans Vredeman de Vries o.a. tekende talloze ontwerpen.

Heraldiek

De cartouche werd in de 17e eeuw nogal eens gebezigd om de uitwendige versierselen, die bij een wapenschild op een vlag niet thuishoren, te vervangen. Abusievelijk betitelt men een arabesk meermalen als cartouche.

< >