m. (-s), toestel waarmee de hoeveelheid energie die in de vorm van warmte wordt afgestaan of opgenomen, wordt gemeten.
Een calorimeter bestaat in de eenvoudigste vorm uit een vat dat thermisch is geïsoleerd van de omgeving en voorzien is van een gevoelige thermometer. Het proces waarvan men het warmte-effect wil bepalen, kan zowel van natuurkundige (b.v. smelten, verdampen, mengen) als van chemische aard zijn (verbranding e.d.). Afhankelijk van het soort proces en dus afhankelijk van de omstandigheden waaronder gemeten moet worden, zijn er verschillende typen calorimeter, b.v. een dewarvat, gevuld met water, afgesloten met een schuimplastic deksel, terwijl verder in het vat zijn aangebracht een beckmanthermometer, een roerdraad en een monsterbuisje, V, waarin de te onderzoeken stof gebracht kan worden. De meetprocedure voor de bepaling van de soortelijke warmte c van een stof is als volgt.
Een hoeveelheid stof met een bekende massa m en temperatuur T, wordt in de calorimeter gebracht, die gevuld is met een bekende hoeveelheid water, W. De temperatuur van de calorimeter, die vóór het inbrengen de (lagere) afgelezen waarde T2 had, zal, na enig roeren, stijgen tot een waarde T3. De soortelijke warmte volgt dan bij goede benadering uit de relatie m c (T1 T3) = (T3 T2). In deze formule is de kleine invloed van de warmtecapaciteit van de ongevulde calorimeter ten opzichte van het grote volume water verwaarloosd. Een correctie hiervoor kan worden gevonden door een ijking met behulp van een in de calorimeter gebracht elektrisch verwarmingselement, waardoorheen gedurende een zekere tijd bij een bekende spanning een bekende stroom wordt geleid. Behalve de soortelijke warmte kunnen met een calorimeter, eventueel in een speciale uitvoeringsvorm, ook de smeltings- en verdampingswarmte, en de chemische reactiewarmte gemeten worden.
Metingen waarbij een hoge druk kan ontstaan (b.v. van verbrandingswarmte), worden uitgevoerd in een stalen vat, de zgn. bomcalorimeter. De (door-)stromingscalorimeter wordt gebruikt in die gevallen waarin een kleine hoeveelheid warmte per volume-eenheid gemeten moet worden, b.v. bij metingen aan een gas.
De calorimeter van Berthelot is een bomcalorimeter. De calorimeter van Junkers is een bijzonder ontwerp ter bepaling van de verbrandingswarmte van gassen. De mengingscalorimeter dient ter bepaling van de enthalpieverandering (zie enthalpie) bij een scheikundige reactie of oplossing. Het toepassingsgebied van de mengingscalorimeter is beperkt tot gevallen waarbij geen fysische overgang van vloeistof naar damptoestand plaatsvindt. De stromingscalorimeter vindt ruim toepassing bij het bepalen van soortelijke warmten en condensatiewarmten. De stof die het voorwerp uitmaakt, stroomt hier door het instrument.