[Lat. callum, eelt], o., een polysaccharide.
Callose is opgebouwd uit β-1,3-glucosidisch gebonden D-glucose-eenheden. Het kan op de dwarswanden van de zeefvaten als een dikke prop worden afgezet. De afzetting kan tijdelijk zijn en is oorzaak of gevolg van een verminderd transport door deze elementen van de vaatbundel of van de bast.