Belg. grafisch kunstenaar, *29. 3.1870 Gent, ♱5.9.1945 Gent. Aanvankelijk tekende, aquarelleerde en etste hij voornamelijk Gentse volkstypen en achterbuurten.
Ca.1913 ontstonden Gentse stadsgezichten door verticale compositie, scherpe tegenstellingen tussen licht- en donkerpartijen en op de voorgrond compacte mensenmassa’s. In 1914 week hij uit naar Londen, waar zijn grote visionaire oorlogsetsen ontstonden, in de lijn van de fantastische taferelen van Bosch en Brueghel.
In 1932 verscheen de bundel Sites et visions de Gand, in 1936 het album Sint-Niklaaskerk. De tekeningen en etsen uit deze periode zijn ontdaan van het romantische licht-donkerspel en van het anekdotische.
In zijn laatste jaren tekende De Bruycker enkele van weemoedigheid vervulde portretten.
LITT. G.Le Roy, L’oeuvre gravé de J.de Bruycker (1933); A.Mussche, Gent en zijn etser-tekenaar (1935); F.van den Wijngaart, J.de Bruycker (1948); L.Lebeer, J.de Bruycker (1955); P.Eeckhout enz., J.de Bruycker (1970).