Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 06-06-2019

Braekeleer, hendrik de

betekenis & definitie

Belg. schilder, etser, houtsnijder en lithograaf, *11.6.1840 Antwerpen, †20.7.1888 Antwerpen. Hij was de zoon van Ferdinand de Braekeleer, bij wie hij zijn opleiding kreeg, evenals bij zijn oom H.

Leys. Hij kon de anekdotische genrestukken van zijn vader niet waarderen en legde zich vooral toe op het schilderen van realistische interieurs, stillevens en landschappen.

Later schilderde hij onder invloed van Vermeer, Terborch en m.n. van Pieter de Hooch intieme binnenhuistaferelen en besteedde hij bijzondere aandacht aan lichteffecten. De behandeling van het lichtprobleem is ook duidelijk te zien in een aantal van zijn latere etsen.

Zijn latere werken kondigen het expressionisme aan. Werk van hem bevindt zich in musea te Antwerpen en Brussel.

LITT. M. Gilliams, Inleiding tot de idee H. de Braekeleer (1941); W. Vanbeselaere, H. de Braekeleer (1942); P. Haesaerts, H. de Braekeleer (1943); C. Conrardy, H. de Braekeleer (1957); M.E. Tralbaut, De Braekeleeriana (in: Antwerpen, 1964-65).

< >