Belg. danseres, danspedagoge en choreografe, *25.1.1920 Antwerpen. Zij werd opgeleid bij Lea Daan (1935-38), de Jooss and Leeder School of Dance te Dartington Hall (1939-40) en had als leraren Rudolf Laban, Kurt Jooss, Sigurd Leeder, Lise Ullman, van 1942-44 André van Damme (klassiek ballet) en in 1946 Preobrajinska te Parijs.
Sedert 1935 is zij choreografe aan de Koninklijke Nederlandse Schouwburg te Antwerpen en vanaf 1953 is zij verbonden aan de Koninklijke Vlaamse Opera te Antwerpen. Van 1939-58 was zij danseres bij en leidster van het Dansensemble Brabants (met haar zusters Jos en Annie); zij was directrice van de Balletschool van de Koninklijke Vlaamse Opera (1951-61), van het Stedelijk Instituut voor Ballet (1961-71) en sedert 1970 van het Ballet van Vlaanderen.
Brabants stimuleerde sterk de oprichting van opleidingsinstituten voor dans en ballet. Balletten: Vlaamse dansen (Blockx), Simple symphony (Britten), De spookkar (Schönberg), Nobilissima visione
(Hindemith), Pierlala (Sternefeld), De triomf van de dood (Van der Velden), De grote verzoeking van Sint-Antonius (De Meester), Ballet voor debutanten, Arabesque (Debussy), Cantus firmus (Bach), Dialoog (V.
Williams), Presto, vivo et lento (Milhaud), Amelia (Weiner), Een dag aan het hof van Boergondië; Elegie (Celis), Salve Antverpia, Poëma (Villa-Lobos); klank- en lichtspel: Het huwelijk van Rubens met Helene Fourment.
LITT. R. Barbier, Van Operaballet naar Ballet van Vlaanderen (1973).