Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 31-05-2019

Borgtocht

betekenis & definitie

m. (-en),

1. overeenkomst waarbij een derde (de borg) zich ten behoeve van de schuldeiser verbindt aan een verbintenis van de schuldenaar te voldoen, indien deze niet zelf daaraan voldoet; persoonlijke borgtocht, waarbij een persoon zich borg stelt; zakelijke borgtocht, waarbij geld of ander goed als onderpand gegeven wordt;
2. akte van borgtocht;
3. waarborgsom, cautie, onderpand;
4. krediet (zie borgtochtmaatschappij).

ECONOMIE.

Hier kan men verschillende borgtochten (te vergelijken met bankgarantie) onderscheiden: douaneborgtochten (o.a. terzake van douaneopslag en -vervoer, doorvoer van goederen door de Benelux, vervoer van goederen onder douaneverband naar of door EG-landen, invoer met vrijstelling van rechten, opslag van goederen in fictief douane-entrepot) en accijnsborgtochten (terzake van de vervaardiging, het vervoer en de opslag van accijnsgoederen: alcoholhoudende stoffen, bier, wijn, suiker, tabaksfabrikaten, minerale oliën), die het gebruik van bepaalde kredietfaciliteiten mogelijk maken en voorkomen dat (onnodig) liquide middelen aan een bedrijf worden onttrokken. Ook worden vaak bij de aanneming van werk, of bij de opdracht tot levering van bepaalde (kapitaalgoederen door opdrachtgevers borgtochten verlangd. In bepaalde gevallen kunnen aannemer of leverancier bovendien door het aanbieden van borgtocht een vooruitbetaling bedingen (financiering) of, waar anders een hele of een gedeelte van een termijn zou worden ingehouden, volledige betaling verkrijgen (liquiditeit). Aannemers kunnen met een borgtochtmaatschappij b.v. een overeenkomst aangaan op grond waarvan deze zich tegenover opdrachtgevers verbindt deze, bij in gebreke blijven van de aannemer, genoegdoening te verschaffen. Bij de laatstgenoemde categorie onderscheidt men inschrijvingsborgtocht, uitvoerings- en leveringsborgtocht, vooruitbetalingsborgtocht, inhoudingsborgtocht, onderhoudsborgtocht en de zgn. payment bond (‘for labour and material’), die de opdrachtgever vrijwaart tegen de uitoefening van een hoog privilege van werknemers en leveranciers in sommige landen, vooral de VS, zodat hij na (oplevering ongestoord zijn eigendomsrechten kan uitoefenen. Er bestaan nog andere borgtochten van zeer uiteenlopende aard, zoals de conventieborgtocht ter zake van quotaregelingen of van de vernietiging van niet aan bepaalde kwaliteitseisen voldoende produkten of waarvan een surplus aanwezig is, met omslag achteraf van de voor deze produkten te betalen vergoeding, borgtochten voortvloeiende uit EG-maatregelen of -verordeningen (b.v. in verband met de invoerheffing op granen, juiste verwerking en opnieuw verpakken van boter uit EG-voorraden) enz.

LITT. Borgtochten: een ontdekkingsreis in het land van de handel, uitg. Nat. Borgmij (z.j.).

RECHT.

Borgtocht in het burgerlijk recht strekt tot zekerheid voor de betaling van een vordering. In tegenstelling met de zekerheid, verschaft door pand of hypotheek (zakelijke zekerheid), wordt deze zekerheid persoonlijke zekerheid genoemd. Borgtocht verstrekt door een bankinstelling, wordt veelal bankgarantie genoemd. De borgtocht wordt in Nederland geregeld in de artt. 1857-1887 BW en verder in een groot aantal verspreide artt.: 1331, 1418, 1439, 1444-1446, 1460, 1466, 1473, 1478, 1479, 1569, 1610, 1975, 1976, 2021 BW.

In België wordt de borgtocht van civielrechtelijk standpunt uit geregeld in de artt. 2011-2043 BW. Borgtocht kan slechts strekken tot zekerheid van een geldige hoofdverbintenis, met dien verstande echter, dat men zich kan borg stellen voor iemand wiens handelingsbevoegdheid is beperkt. Hij kan zich niet uitstrekken tot meer dan waartoe de hoofdschuldenaar verbonden is, wel tot minder. De borg die betaald heeft, treedt in de rechten van de schuldeiser en heeft tevens verhaal op eventuele andere borgen, als deze hun aandeel niet hebben voldaan.

In het strafprocesrecht is borgtocht de zekerheidsstelling door verdachte of diens borg ter nakoming van bepaalde aan verdachte opgelegde verplichtingen. In Anglo-Amerikaanse rechtsstelsels wordt als regel (behalve bij halsmisdrijven) de verschijning van verdachte ter zitting niet gegarandeerd door toepassing van voorlopige hechtenis, maar door borgtocht (bail); in de praktijk, m.n. in de VS, leidt opleggen van (te) hoge borgtocht aan onvermogenden alsnog tot vrijheidsberoving vóór het proces ter zitting. In Nederland kan volgens art. 80 WSv de rechter een eenmaal opgelegde voorlopige hechtenis schorsen zodra verdachte zich bereid verklaart de opgelegde voorwaarden na te komen, al dan niet onder zekerheidsstelling; deze bestaat hetzij uit storting van geld door verdachte of een derde, hetzij uit de verbintenis van een derde als waarborg. Een zelfde zekerheidsstelling kan volgens art. 543 WSv de rechter-commissaris van een verdachte verlangen ter nakoming van rechterlijke bevelen tot handhaving der openbare orde; wordt geen zekerheid gesteld dan volgt inverzekeringstelling voor vijf dagen, eenmaal voor gelijke termijn te verlengen. In België kan volgens art. 113 WSv de verdachte (behalve indien op het tenlastegelegde feit een criminele straf is gesteld of indien het landlopers en vroeger zwaar veroordeelden geldt) voorlopig in vrijheid worden gesteld, mits tegen borgstelling (door verdachte zelf of door een derde) van tenminste BF 500.

< >