Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 04-06-2019

Boksnuitkevers

betekenis & definitie

m. (mv.), een familie van middelgrote kevers.

De boksnuitkevers, Anthribidae, omvatten ca. 2750 soorten. Inheems zijn 20 soorten, waarvan de grootste is de 1 cm lange Anthribus albinus, die witte dwarsbanden op de dekschilden heeft, gevormd door schubben. De meeste boksnuitkevers zijn rovers en jagen op andere insekten; sommige soorten zijn schadelijk door vraat aan opgeslagen levensmiddelen.

< >